Een definitie van dienstbaarheid

Als we denken aan een slaaf, waar denken we dan aan? Vaak heeft dit woord een hele negatieve belading. Er zijn tijden geweest dat dit anders was. In onze dagen heeft het vaak een hele negatieve betekenis omdat het slaaf zijn vaak gepaard ging met misbruik.

Als we kijken naar dit woord in de Bijbelse context, is dit een woord met een hele specifieke betekenis.

We vinden dit woord in Romeinen 6 in relatie tot het nieuwe leven van een Christen.

  • Rom. 6: 15- 23

Wat is de precieze betekenis van dit woord slaaf:

1401 ‘doulos, zn m

1) een slaaf, lijfeigene

1a) een slaaf

1b) metaf., iemand die zich aan de wil van een ander overgeeft, hen van wie de dienst door Christus gebruikt wordt om Zijn zaak onder de mensen uit te breiden en voortgang te doen vinden

1c) toegewijd aan een ander met veronachtzaming van eigen belangen

2) een dienaar, een bediende

We zien in deze beschrijving dat de Christen een slaaf is van gerechtigheid, een slaaf van God.

Een slaaf, vanuit de Bijbelse context gezien, is iemand die het eigendom is geworden van iemand anders. Vanuit deze gedachte zien we dat we het eigendom geworden zijn van God, het eigendom van Christus als het hoofd van de gemeente.

  • Koll. 1: 13, 18
  • 1 Petrus 2: 9

De onomstotelijke waarheid in Christus is dat we als Christenen Zijn slaaf zijn geworden.

Niets meer is van onszelf. We zijn gekocht en betaald door het bloed van Christus. En zoals Paulus getuigd in Galaten 2: 20, hij leefde niet meer maar het leven dat hij leefde leefde hij in geloof in de Zoon van God.

Paulus schrijft vaak dat hij de gevangene was van Christus en dat is wat een slaaf  van Christus is. Gevangen in Zijn wil. Dat gaat diep.

In alles wat we doen, doen we als Christus. In alles wat we ondernemen is het een ondernemen in Christus.

Als we kijken naar het schriftwoord van Romeinen 6 zien we dat er twee wegen zijn.

De ene is de weg van zonde die leid naar de dood, de andere is de weg van gehoorzaamheid die leid naar de dood. Gehoorzaamheid leid naar het eeuwige leven. Zonde leid naar de dood.

En iedereen is een slaaf, een slaaf of van rechtvaardigheid of van de zonde. Dus of een slaaf van God of een slaaf van de Satan. Realiseren we dit??
Dit is de waarheid in Christus, als we Hem niet dienen dan dienen we Satan.

  • Joh. 8: 44

In de Satan is geen waarheid. Christenen wandelen in de waarheid. Christus is de waarheid van God.

Als we niet in de waarheid wandelen dan wandelen we met de Satan.

Als we in Christus wandelen en Zijn slaaf zijn, dan zijn we waarlijk vrij.

Christus is gekomen om ons vrij te maken van de zonde en de kracht van Satan. Hij wil ons leiden, Hij wil onze Meester zijn en Hij heeft ons geroepen tot Zijn slaaf te zijn. Maar in Hem is overvloed.

In Johannes lezen we dat Christus is gekomen om het leven te brengen en het leven in overvloed. (Joh. 10: 10) 

Het woord overvloed wat hier word gebruikt komt van het Griekse woord “perissos” en betekent: 

1) een aantal of maat of rang of behoefte te boven gaand

1a) bovendien, meer dan nodig

1a1) in rijke overvloed

1a2) iets meer, meer, meer dan alles

1b) alles overtreffend, buitengewoon

1b1) uitblinkend, superieur, beter

We zien dus dat Christus ons het leven geeft in overvloed. Hij wil ons rijkelijk zegenen.

Maar dan moeten onze liefdes Zijn liefdes worden, onze motieven Zijn motieven en onze gedachten Zijn gedachten.

Zijn liefde en waarheid komen tot ons en door deze liefde en waarheid de overvloed in Hem.

Maar dan moeten we wel waarlijk Zijn discipelen zijn. Hebben we waarlijk Zijn kruis op ons genomen en Hem gevolgd?

Hebben we waarlijk onze eigen begeerten gekruisigd, hebben we waarlijk onze liefdes ingeruild voor Zijn liefdes?

1. De getuigenissen van de apostelen.

Als we kijken naar de Apostelen zien we deze allen als slaven van Christus.

Als we kijken naar Petrus dan zien we dat hij zich een slaaf noemde (2 Petrus 1: 1) Jacobus was de slaaf van Christus (Jac. 1: 1) en Judas noemde zich ook de slaaf van Christus (Judas 1: 1) Alle apostelen kunnen zo genoemd worden als slaven van Christus.

Deze apostelen die waren bekend met het principe van het slaaf zijn, sommige schreven over hun slaven en hun meesters in hun boeken.

Zij wisten wat het betekende om dit te zijn. En zo worden Christenen dan ook genoemd en niet alleen genoemd maar ze worden geroepen om dit ook te zijn. Niets meer en niets minder.

Soms bespraken zij hun dienst, en onze dienst, aan Hem als gevangene.

Ook dit woord geeft ons een beeld van onze dienst aan God.

En ook hier waren de apostelen bekend mee. Ze wisten waar ze over schreven toen ze hier ons mee aanspoorden om voor God te leven.

Soms lijken dit verregaande gedachten maar niet als je bedenkt dat God onze beste interessen hiermee wil bewerken.

  • Psalm 50: 14, 15
  • Psalm 145: 19, 20

Psa 145:18  De HEERE is nabij allen, die Hem aanroepen, allen, die Hem aanroepen in der waarheid.

Psa 145:19  Hij doet het welbehagen dergenen, die Hem vrezen, en Hij hoort hun geroep, en verlost hen.

Psa 145:20  De HEERE bewaart al degenen, die Hem liefhebben; maar Hij verdelgt alle goddelozen.

God is iemand die goed voor ons wil zijn. Hij wil ons leiden door Zijn Geest en door Zijn woord.

God is een Vader die nabij wil zijn, een Vader die waarlijk dichtbij wil zijn.

Jeremia 29: 11- 13

11  Want Ik weet, welke gedachten Ik over u koester, luidt het woord des HEREN, gedachten van vrede en niet van onheil, om u een hoopvolle toekomst te geven.

12  Dan zult gij Mij aanroepen en heengaan en tot Mij bidden, en Ik zal naar u horen;

13  dan zult gij Mij zoeken en vinden, wanneer gij naar Mij vraagt met uw ganse hart.

Dit zijn machtige woorden van de Maker van hemel en aarde.

Woorden die een mens doet zingen, woorden die een mens hoop geeft.

Als we kijken naar de context van deze woorden zien we dat dit gaat over het volk Israel dat weggevoerd is door Babylon en dat God hun een belofte doet.

Deze belofte bestaat uit het principe dat God van hen vraagt om naar Hem te komen met hun ganse hart. Als ze dit deden zouden ze van God een toekomst krijgen van vrede, een toekomst van hoop, een toekomst van gebedsverhoring.

  • 1 Kor. 2: 9 

In al deze dingen zien we dat God altijd goede en zuivere dingen beloofd aan hen die tot Hem keren met hun ganse hart.

En dat is het ware en zuivere karakter van God. Dat is wat Hij wil doen.

Maar het ene valt altijd samen met het andere.

  • Matt. 6: 19- 26

Wie heeft er waarlijk een zuiver en huis dat staande blijft? Diegene die de wil van Jezus doet.

Wij zijn allen bekend met huizen en het fundament waar huizen op gebouwd zijn.

Zoals dat voor een huis belangrijk is, zo is dat nog meer belangrijk voor onze geestelijke leven.

1 Tim. 4: 8

8  Want de oefening van het lichaam is van weinig nut, doch de godsvrucht is nuttig tot alles, daar zij een belofte inhoudt van leven, in heden en toekomst.

Het is belangrijk dat we een passie voor God bezitten en om de training to ondergaan die nodig is om te worden zoals Christus, wat onze roeping is. Zonder beide zullen we de eindstreep niet kunnen bereiken 

Het is belangrijk om waarlijk de woorden van Christus te horen en deze te doen.

Als we daar gekomen zijn, dan zijn we waarlijk Zijn discipelen 

Als we denken aan de passie dan zien we beschreven in Hebr. 11: 6 dat God een beloner is voor hen die Hem ernstig zoeken.

Jezus beschreef deze mensen als mensen die zouden hongeren en dorsten naar gerechtigheid (Matt. 5: 6) deze mensen zouden verzadigd worden.

We weten natuurlijk dat dit vraagt om een constante drang, een constant verlangen naar die dingen die van God zijn.

Als we niet waarlijk gedreven worden word er een hart gecreeerd dat de wereld gaat toelaten.

Dit is iets wat Christus beschreef in Matt 13 toen Hij over de gelijkenis van de zaaier sprak.

Maar dan is er ook de oefening, zoals alle dingen in het leven, of het nu onze school is, onze baan, ons huwelijk of ons gezin, in alle dingen moeten we groeien en ons toeleggen op die dingen die groei veroorzaken.

En het toeleggen vraagt om inzet, inzet is noodzakelijk, zo ook in het geestelijke leven.

Het woord oefening:

1129 gumna’sia

1) de oefening van het lichaam in een palaestra of athletiek-school

2) iedere soort oefening

2a) de oefening van het bewustzijn met betrekking tot het lichaam zoals kenmerkend is voor asceten bestaande uit onthouding van het huwelijk en bepaalde soorten voedsel

Hier zien we dan weer een ander interessant woord. Het Griekse woord gumnasia.

Welk woord uit onze taal zien we hierin. Jawel, het woord gymnastiek.

En we weten allemaal wat dit betekent. En ja, zo bereiken we ook de waarlijke godsvrucht.

Door te beoefenen.

We komen dit woord ook tegen in Hebreen 5

Hebr. 5: 13- 14

13  Want ieder, die nog van melk leeft, heeft geen weet van de rechte prediking: hij is nog een zuigeling.

14  Maar de vaste spijs is voor de volwassenen, die door het gebruik hun zinnen geoefend hebben in het onderscheiden van goed en kwaad.

En we lezen dan in 1 Tim. 4: 15, 16

15  Behartig deze dingen, leef erin, opdat aan allen blijke, dat gij vooruitgaat.

16  Zie toe op uzelf en op de leer, volhard in deze dingen; want door dit te doen zult gij zowel uzelf als hen, die u horen, behouden.

2. De getuigenissen van onze geloofsgenoten.

Het boek van Hebreeen is een ware parel als het gaat over onze geloofsgenoten die ons zijn voorgegaan.

In het 11de hoofdstuk lezen we over hen die ons voor zijn gegaan, en zij hebben ons een voorbeeld nagelaten.

Abel

Abel laat ons zien wat het betekent om God te volgen.

4  Door het geloof heeft Abel Gode een beter offer gebracht dan Kain; hierdoor werd van hem getuigd, dat hij rechtvaardig was, daar God getuigenis gaf aan zijn gaven, en hierdoor spreekt hij nog, nadat hij gestorven is. 

Kain en Abel waren de kinderen van Adam en Eva.

Beiden brachten offers aan God.

De ene werd afgewezen en de andere aangenomen. Waarom gebeurde dit?

Het offer van Abel was een offer dat “een beter” offer genoemd word. Waarom?

                -Gen. 4: 1- 7

We lezen in dit stuk dat Kain en Abel beiden een offer brachten aan God.

Kain bracht een offer van de vruchten der aarde en Abel een offer van de eerstelingen der schapen. Toen God het offer van Abel aannam en het offer van Kain verwierp werd Kain toornig.

Alhoewel we misschien niet precies weten de precieze details over dit gebeuren weten we dat Gods woord hier zegt dat het offer van Kain niet volgens Zijn wil was en daarom werd het verworpen.

Vers 7 verteld ons dat als Kain goed had gehandeld dat zijn offer dan geaccepteerd zou zijn geweest. Dus ondanks dat we misschien niet precies weten wat er fout was aan het offer van Kain, we weten dat hij verkeerd heeft gehandeld en daarom heeft God zijn offer niet geaccepteerd.

Abel was een slaaf aan God, hij bracht wat God verlangde van Hem. Kain was een slaaf van zichzelf en daarbij van de duivel. Hij bracht wat hij zelf wilde.

Mozes

Mozes was waarlijk een kind van God, hij was waarlijk een slaaf van God. Hij wist wat het betekende om zijn liefde in te leveren voor Gods liefde en zijn doel voor het doel van God.

Heb 11:24  Door het geloof heeft Mozes, nu groot geworden zijnde, geweigerd een zoon van Farao's dochter genoemd te worden;

Heb 11:25  Verkiezende liever met het volk van God kwalijk gehandeld te worden, dan voor een tijd de genieting der zonde te hebben;

Heb 11:26  Achtende de versmaadheid van Christus meerderen rijkdom te zijn, dan de schatten in Egypte; want hij zag op de vergelding des loons.

Heb 11:27  Door het geloof heeft hij Egypte verlaten, niet vrezende den toorn des konings; want hij hield zich vast, als ziende den Onzienlijke.

Mozes weigerde de aardse lof om als de zoon van de dochter van Farao door het leven te gaan. Hij koos om met het volk van God mee te gaan, mee te gaan en kwalijk behandeld te worden dan tijdelijk van de zonde te genieten. Mozes koos het hemelse boven het aardse.

Waar sta jij? Sta jij samen met Mozes en verkies je het Goddelijke boven het aardse?

Als we kijken naar het boek van Kollosenzen zien we dat Paulus daar spreekt om die dingen te zoeken die boven zijn. (Koll. 3: 1)
Overal in de brieven van de Apostelen zien we deze oproepen om het hemelse te zoeken en het aardse te verzaken en Mozes deed precies dat.

De versmaadheid van Christus was hem een grotere rijkdom dan de schatten van Egypte.

Mozes, ook al is het gestorven, spreekt tot ons en laat ons zien dat we waarlijk kunnen leven als slaven van Christus.

Het hele 11de hoofdstuk van Hebreeën staat vol met hen die ons zijn voorgegaan, hen die hebben laten zien dat we waarlijk voor Hem kunnen leven.

Hen die laten zien wat het betekent om door Hem gekocht te zijn en waarlijk voor Hem te leven.

Het sleutelwoord in dit hoofdstuk is geloof. Ze leefden allemaal door het geloof.

En dat is hoe wij ook leven, we leven niet door het zien, maar door het geloof.

Zo leefden zij en zo kunnen wij leven. Deze helden staan in de arena van ons geloof en juichen ons toe, vertellen ons dat wij het ook kunnen.
Onze ogen gericht op Hem en leven in totale overgave aan Hem. 

Copyright © 2019 Gert-Jan van Zanten · Webdesign by BinR
All Rights Reserved · webbijbel.nl
Hosted by VDX

 

Naar boven